[PIAS] Nites 2014 - dEUS blijft God
Tour & Taxis, Brussel, 16 maart 2014
[PIAS] is Europa’s grootste indielabel en verdeler van heel wat kleinere labels die er onderdak vinden. Elk jaar pakt het label op [PIAS] Nites uit met de crème de la crème van zijn artiesten in Tour & Taxis. En vorige zomer was er ook een avond in het Rivierenhof in Deurne gepland, maar die werd afgelast. Het was dus wachten op dit weekend. Vrijdag was de dance-avond, maar wij keken vooral uit naar de zaterdag. En of dat terecht was!
Toen wij de Shed 2 bis betraden om half zeven, werkte Maarten Devoldere onder het pseudoniem Anderlecht zijn set net af. Ook de volgende artiest trad aan in deze kleinere zaal en die wilden we niet missen, net als veel andere vroege vogels trouwens.
William Doyle maakte als East India Youth immers een intrigerend debuut. ‘Total Strife Forever’ houdt het midden tussen een elektronische soundtrack en singer-songwriterstuff, vermomd als krautrock. We observeerden de nerveuze jongeman terwijl hij zijn materiaal opstelde op twee rode, metalen tafeltjes. Hij sukkelde met Engelse verdeelstekkers en liet ook nog eens bijna zijn basgitaar vallen.
Hij zag er typisch Engels uit met zijn hemd, das en vest, ook al droeg zijn zwarte jeans de sporen van het leven "on the road". Eens hij – dik een kwartier te laat – op gang geraakt was, kwam meteen zijn talent boven water en vereiste het een aandachtige observator om het trillen van zijn vingers boven de elektronica te zien. Voor zijn hitje Looking For Someone gordde hij snel zijn basgitaar om. Hij bespeelde ze echter op totaal onconventionele wijze. Verder viel er visueel niet veel te beleven, maar muzikaal des te meer. In de smiezen houden, deze jongeman!
Jammer dat meteen van bij het begin de timing niet bleek te kloppen, want The Spectors begonnen wel netjes op tijd aan hun set. De band rond bassiste Marieke Hutsebaut mocht vrijdag al warm lopen in het voorprogramma van Cults en speelde ook vorig jaar al een mooi parcours bij elkaar. Single Nico staat ondertussen dan ook te blinken in het midden van De Afrekening
Dat verklaart de grote toeloop voor deze band, want het vijftal heeft nog maar net één ep uit. Na twee stevigere nummers waaronder Going Down schakelden de vijf studenten van de Rockacademie Hasselt een versnelling lager en gingen we van Sonic Youth richting psychedelische pop waarbij de stemmen van Marieke en toetseniste Hannah mooi rond elkaar wentelden. Nico werd op herkenning en dus gejuich onthaald, maar er was ook verbijstering want Na Drone en Wish Me Away wilde de band nog een nummer spelen, maar hun set werd op bevel van hogerhand afgebroken. Jammer, want hier lustten wij wel pap van.
Ook Champs waren een reden om af te zakken naar Brussel. Eens we gewend waren aan het hoge stemgeluid van deze moderne Everly Brothers lieten we ons maar al te graag betoveren door parels van songs als My Spirit Is Broke, Savannah en St. Peter’s.
Ook in Tour & Taxis klonk de band rond de broers Champion alsof ze in een oude watertoren stonden. De mannen van het Isle Of Wight wisselden slim hun zoete, cerebrale nummers af met de potigere exemplaren, al werd het nooit echt ruig. Daarvoor zijn de broers te fijnbesnaard.
Milky Chance heeft net als The Spectors een singletje (Stolen Dance) dat nu in de belangstelling staat, op applaus werd onthaald en vooral de dames in de zaal een dansje ontlokte, maar het probleem was dat alle songs van dit duo op ongeveer dezelfde leest geschoeid bleken.
De vreemde combinatie van (afwisselend een Spaanse en een elektronische) gitaar, beats en de stem van een oude reggaezanger (Asaf Avidan na een avondje stappen) had de diepgang van een rubberboot en kon ons maar matig boeien.
Uitkijken naar Melanie De Biasio dan maar. Die had er ook in het Rivierenhof al bij moeten zijn. Maar, net als toen, konden we vanavond niet van haar nochtans klasserijke act genieten. Het lag niet aan een afgelasting deze keer en ook niet aan de lichtman, die zijn best deed om de piano te vangen in blauw en het gezicht en de slanke, expressieve vingers van De Biasio in geel spotlight. Nee, de frêle (nochtans sterke) zangeres bleek vanavond niet opgewassen tegen het getater aan de bar. Kwaad beenden we de zaal uit na drie nummers. Sorry Melanie, maar in jouw plaats hadden we de boel zelf platgelegd.
Gelukkig speelde daarna Girls In Hawaii voor een bomvolle grote zaal een perfecte set met veel materiaal uit de fantastische, laatste plaat ‘Everest’, maar ook met ouder en zelfs spiksplinternieuw werk. Vanaf opener Wars tot het afsluitende oudje Fields Of Gold was de set perfect opgebouwd naar een climax toe, zonder tussendoor te vergeten het publiek een paar hapklare brokken toe te smijten zoals Not Dead (als tweede nummer).
Midden in de set mocht Time To Forgive The Winter uit het debuut ‘From Here To There’ knallen. Bassist Daniel Offerman beklom de versterkers, drummer Gronemberger gaf er een stevig mep op en de gitaristen plukten de gruizigste noten uit hun instrument. Daarna werd even heen en terug geswitcht van ‘Everest’ naar ‘From Here To There’ waarna het zelfs tijd was voor een nieuwe song: Connections.
Misses werd opgedragen aan vroegere drummer Wielemans en Rorschach mocht de knock-out uitdelen. Tegen dan was de backdrop met de bekende hoogste berg ter wereld versierd met een sterrenhemel en een lichtgevende driehoek. Er volgden nog Birthday Call (met enthousiast handgeklap), Fields of Gold en Flavor.
Naar John Grant wilden we eigenlijk geen derde keer op een jaar tijd gaan luisteren, maar omdat we toch niets beters te doen hadden en de man een warm hart toedragen, deden we het toch. Resultaat: een dansende reporter bij Pale Green Ghosts en Black Belt en tranen die over onze wangen rolden bij Where Dreams Go To Die en Glacier. Grant speelde in de kleine zaal voor veel te weinig mensen, maar we geven graag toe dat we bij de paar honderd waren die (tevergeefs) om bisnummers bleven schreeuwen.
We waren dan ook maar net op tijd om dEUS af te zien trappen met Slow. Dat was niet zo erg, want ook al was duidelijk dat Barman en co er net als in Antwerpen de dag voordien, veel zin in hadden: het publiek schoot pas wakker bij The Architect. Het probeerde ook mee te klappen op de tegentijden van Instant Street, maar vergaapte zich tenslotte toch maar aan Mauro die totaal los mocht gaan.
Girls Keep Drinking pompte lekker groovy door de zaal en maakte de “skinny legs” van menigeen los. Die kwamen ook weer langs in de geweldige cover van Oh Well van Fleetwood Mac en Barman toonde zijn voorliefde voor het Frans niet alleen in Quatre Mains, maar ook regelmatig in de bindteksten.
Na Nothing Really Ends leek het er even op dat enkel Mauro zou blijven staan, maar plots kwam de rest terug voor de finale met Bad Timing. Nu ja, de echte finale werd ingezet met de bisronde, die startte met een langgerekt “oooooooh”. Achtereenvolgens kwamen nog Sun Ra, Theme From Turnpike, Roses en Suds And Soda de boel op stelten zetten. Hiermee ging dEUS ruim over de zich toegemeten tijd, maar niemand die daar om maalde. Girls in Hawaii bleek dan misschien god in Wallonië en Brussel, maar dEUS blijft God met hoofdletter.